Introductie Fuut Driebergen

  intro  kaart  foto’s  ansichten  luchtfoto  woningmarkt

De Driebergse Fuut – zwemmend tussen de Waterhoen en de Aalscholver, ten zuiden van de Hoendersteeg – zal genoemd zijn naar de grootste fuut die in Nederland thuis is, een soort die vrij veel voorkomt op met riet omzoomde plassen, meren en brede watergangen. Het beest is een zeer matige vlieger, maar duikt als de beste. Vooral als ie op z’n mooist is – in z’n zogenaamde prachtkleed – is het een plaatje van een vogel. De zwartbruine oorpluimen en de kastanjebruine en zwarte wangkraag suggereren een voornaamheid die je veronderstelt bij een 17e eeuwse regent. Maar z’n baltsspel is vast veel sierlijker, vooral de onstuimige liefdesdans als een balletvoorstelling. In en op de Langbroekerwetering is de elegante watervogel niet zo vaak te zien. Z’n plompe neefje met een stomp gatje, de dodaars, is nog wel eens in de kijker te vatten in de wat achteraf gelegen sloten van het Langbroekergebied. Maar wel goed kijken, want hij valt door z’n eenvoudige kleuren niet zo op.  En bovendien is hij heel erg schuw.

Overgenomen uit ‘Heg en Steg’ van Dick Steenwijk
Uitgeverij Stichting Kleine Geschiedenis van de Heuvelrug, 2000
isbn 90-6720-236-3