Hoofdstraat 65 Bijdorp



Foto Robert Zwart 11-11-2005 

Het witgepleisterde neoclassicistische herenhuis is in 1826 gebouwd. De eerste steen werd op 1 augustus van dat jaar gelegd door T.M. Mulder. De bouwheer J. Mulder, collectioneur van de loterijen in de stad Utrecht, had de grond in erfpacht van de weduwe Van Oosthuyse verworven. Oorspronkelijk bestond het uit één bouwlaag onder een gebroken schilddak en vertoonde Bijdorp grote overeenkomst in architectuur met de bebouwing van A, Tollus aan het kerkplein. Het is mogelijk dat deze architect ook het ontwerp voor Bijdorp getekend heeft. Voor 1869 is Bijdorp met een etage verhoogd en kreeg het zijn huidige aanzien. Deze verbouwing moet zijn geschied door de tweede eigenaar van Bijdorp, een zekere Perrot.
Het is een sober blokvormig gebouw van twee bouwlagen onder een afgeplat schilddak gedekt met bouletpannen met aan de voorzijde een tweelaags hoge erkerachtige uitbouw. Bij de linkerhoek is later nog een dergelijke aanbouw aangebracht, waarschijnlijk aan het begin van deze eeuw door de van origine Rotterdamse architect G. Pelt J.Jzn. die zelf in het huis woonde. Aan weerszijden van de uitbouw aan de voorzijde bevindt zich een veranda met tochtruiten. Op de verdieping is een hangend balkon met een smeedijzeren hekwerk aangebracht. Rondom zien we getoogde schuifvensters. De oorspronkelijke tuindeuren zijn vervangen door vensters. Een gepleisterde kroonlijst en hoekpilasters omlijsten de gevel. De balustrade langs de daklijst is verdwenen. Rond het hoofdgebouw ligt een siertuin met solitairen, die aan de straatzijde wordt afgesloten door een ijzeren spijlenhek op gemetselde voet. Rechts van het huis staat het bijbehorende koetshuis.
Arch: BV-27. Lit: Buro Maas, 1981, deel 1, p. 97. Bron: mededeling dhr. D.L. Steenwijk te Driebergen.
besluit: 00000000   categorie R   dbr 141
bron: Monumenten Inventarisatie Provincie Utrecht, 1996; Driebergen-Rijsenburg, Geschiedenis en Architectuur